hrij

groote trekke

er) aan de Noord-Hollandsche kust tot Wieringen en van de N.O. punt va

met het oog op lengte, diepte van de te snijden

grootste diepte van 11 M. beneden L.W. heeft. Tusschen Wieringen en Friesland is de gemiddelde diepte 3,6

ogte van de kruin zal van +5,20 A.P. bij Wieringen oploopen

n water tegen ontgronding te beschermen. Binnen tegen den dam wordt het lichaam van den dijk opgewerkt van grond, afkomstig uit het hierna te noemen kanaal door Wieringen of-wat wel eenvoudiger en goedkooper zal zijn-van grond daar t

EL VAN DEN AFSLUITD

de aansluitende dijken op Wieringen, de Balgdijk langs den Anna

sschen de afgewerkte dijksgedeelten grooter en grooter wordende snelheden ontstaan, die den bodem dermate zouden aantasten dat die openingen niet te dichten zouden zijn. Daarom laat men ter weerszijden van het eiland twee ?sluitgaten", elk lang 8250 M. overblijven, die op den bodem van een rijzen grondstuk worden voorzien tegen ontgronding. In de 5e Nota der Zuiderzee-Vereeniging wordt voorgesteld in die sluitgaten d

zien, dat aan het werk van den afsluitdijk risico's verbonden zijn, wat tijd

s met het oog op de indirecte voordeelen die de

en worden drooggemaakt, in het Verslag der St

21.700 HA., na aftrek van dijken, wegen, water, enz

gr. 31.520 HA., na aftrek van dijken, enz. 30.

HA., na aftrek van dijken, enz. 105.500 HA

0 HA., na aftrek van dijken, enz. 49.700 H

30 HA., na aftrek van dijken, wegen, water, enz. 2

og op de militaire verdediging; voorts verkleining van de Z.W. Droogmakerij aan de N. zijde en van Z.O. Droogmakerij aan den Z.W. hoek bij Muiderberg met stukken waar zand aan de oppervlakte ligt; en eindelijk vergrooting van de N.O. Droogmakerij a

en zijn van verschillende hoogte, +2,5 tot +3,50 A.P., al naa

hillende peilen, nl. van het polderwater in de kanalen, tochten en slooten, worden verdeeld. Daarbij is aangenomen, dat de klink (ineenzakken) van deze gronden, die, als bestaande uit 1 à 2 M. klei op vasten, lang onder druk geweest zijn

zal een eigen

er, en 25 cM. neerslag (daling van het polderwater) bij de gemalen, dan zal volgens het plan het gezamenlijk vermogen der stoomwerktuigen tot drooghouding, en waarmee ook de droogmaking geschiedt, 16.

r is het mogelijk om eerst de ondiepste af te malen en te verkavelen (met tochten, slooten en wegen doorsnijden), daarna de volgende, enz. Op d

de Zuiderzee-Vereeniging zeer juist met den naam van ?IJselmeer" werd aangeduid,-niet alleen omdat daarin de IJsel

afvoer en buitengewonen aanvoer van water niet zoo hoog kunnen s

oevoer van den IJsel bij uiterst hooge standen en doorbraken van Rijndijken op den rechteroever in Duitschland en van de kleinere rivieren en boezems afwaterend op het IJ

lei- en zavelgronden grootendeels binnen de eerste vallen, de zandgronden met de diepere geulen

noodig en wenschelijk geacht. 's Zomers kan in gewone omstandigheden, vooral om de w

n te maken sluizen, 1200 M. aan de buitenzijde in de dieptelijn van 5 M. tusschen de koppen der dammen en aan de binnenzijde 1500 M. bij de aansluiting aan het IJselmeer. Da

op geloosd moet worden. Nagegaan is dat in zeer ongunstige omstandigheden de stand slechts zelden en weinig boven A.P. zal kunnen stijgen. Maar door den wind kan het water naar een of andere zijde worden gejaagd, zoodat tijdelijk hoogere en

uden afwatering en scheepvaart worden belemmerd en hier en daar

lijk door verruiming van de bestaande dijkvaart, terwijl de uitkomende grond dienen kan voor de genoemde verhooging van

r t. W. en t. N. van Schokland om, die iets dieper is of, als ook het Zwolsche Diep door den lagen waterstand onbevaarbaar is, langs den IJsel over het Katerveer door de Willemsvaart naar Zwolle. Ten deele hangt de vaart hier dus niet van den L.W.- maar van den H.W.stand af

er wordt een dijk gelegd, die genoemde droogmakerij aan de N.-zijde begrensd en daarlangs een geul gebaggerd voor de scheepvaart tusschen de Lemmer en de genoemde sluizen, met een zijtak naar Takozijl, zoodat de uitwateringssluizen te Lemmer en Takozijl kunnen vervallen. T. N. van de droogmakerij blijft dan een waterplas in open gemeenschap met Frieslands boezem; d

heen en open uitkomend in het IJselmeer bij Muiderberg, terwijl van uit de Eem een kanaal wordt gemaakt langs

aan het IJselmeer. Een schutsluis bij Lutje-Schardam scheidt het kanaal in twee panden, waarvan het eene met Schermerboezem het andere met het IJselmeer zal gemeen liggen. Een schut- en keersluis te Blokkershoek kan het laatste afsluiten bij hooge standen op

end met een schut- en uitwateringssluis in de Binnenhaven te Medemblik; een kanaal van de uitwateringssluis van de Wieringerwaard door den Anna-Paulownapolder heen naar de Van Ewijksvaart; een kanaa

het vervallen van de vloeden binnen de afsluiting sommige havens aan

et werk en

maakt. Daarna volgen de aanleg van de meerdijken, het droogmaken, verkavelen en drooghouden der vier droogmakerijen en in verband daarmede de aanleg der ringvaarten, zoodat de N.W. droogmakerij in het 14e, de Z.O. droogmakerij in het 21e, de Z.W. droog

ingen als waarschijnlijk wordt aangenomen, wat vooral met het oog op de rentebesparing van groot gewicht is. Voor de uitvoering van den afsluitdijk wordt ook 9 jaar noodig ge

rts bij Ho