img De Koran  /  Chapter 3 No.3 | 50.00%
Download App
Reading History

Chapter 3 No.3

Word Count: 1376    |    Released on: 06/12/2017

(Het), VI

an Honei

eren, X

tijging, IV

nis, IV,

, II,

gewichte

wichten, zie

en spanne

), II, 179

II, 180, 181,

I, bl.

ag, zi

an hemel en a

ijf,

hel,

jders van eenen vreemden godsdienst

maten,

en en spel

waterputten van de Th

e dingen, V

oom, VII,

ijken

n de Jode

en van vloeibaar

VI, 147;

n, zie

sel,

t, zie

de duivels,

loovigen, LX

loovigen aan

n acht nemen, X

n XXXIII,

van den zond

ekenis van dat w

van den bui

en aarde,

f II,

lg.; XXII, 20 en volg.; XXV, 29 en volg.; XXXI, 5, 6; XXXIX, 17 en volg. 61; XLIV 43–50; LIV, 41 en volg.; LVI,

nis, zie

g der Jode

uit het para

der vrou

ke zonden,

met insect

fenis,

uichelaar,

hebbenden,

an Abrahams of

nden, XVI

aar den doo

ng, VIII

dienaren door

des profeets

zen niet onteerend, gelijk de afgoden

der weeze

en van zin

rden,

door wind,

(Sommige) zijne e

spotternije

r, XLI

ging bij den

van vrouw

an den troon

de sterren,

van den duiv

ch kinderen verzellen

et bezoeken van den

Gou

afgodendienaars,

II, 226 en volg.; IV,

oederen, zie

iften door Joden en C

ften, zie

tamenten

verbergers der duid

der wensche

g van Gods be

steden,

an tempels, e

Koran, II, 18

gst (De)

n, XII

kzaligen,

en en vrouwen mog

ener nati

wekenen naar Med

ar Ethiopi? en M

el, X

Mekka bij honger

hristenen gereed

rboden spijzen, II,

t in den Koran gel

Ver

s huwen,

den rechten

g, zie

den hals bevestigd, dat wil zeggen elk

Jezus gemaak

e T

odsdienst beli

leedingen

, zie

en; aantal daar

or God bij den val van Ada

, II,

kking Gods

hrifte

XIII, 98; XXXI, 13, 14; XLI, 34; XLII, 34 en vol

r ongeloovig

mensch, X

e die verkrijg

en tegen den o

an den prof

n aalmoezen met onvriende

iezen, V,

ap, zie G

zendheid, waarin d

aanbevole

geschorst i

XIV, 2, 6, 10 en volg., 26, 31,

de mannen ges

haar betreffende

nen ondergeschikt

te wezens,

ich kunnen toon

waaraan zij zijn bl

f van Egypt

eelster

r moet behan

men niet be

overtredingen ge

en ongeloov

feet kan huwen, X

ge LXVI,

III, 28, 29, II, 4

aradijs, L

elijk gedrag,

Aan

veree

isten, C

n het parad

al bestemd voor Gods openb

van een sla

ng; IX bl.

g wordt verkregen, XX

ing ontstaa

eken,

el nedergeda

e W

d, II

Zwa

-Spreken omtren

uwing,

ij is verb

n afgelost,

w van Noach

en van Mahomets grootste

dammen, zi

lsche leer

e, XL, bl

aarvan in het godsdienstige

teekenis daarv

gelding,

ldingsrech

eldingswe

pen, X

(De), XXI,

id tegen Moze

zie Weder

et opgelegde

, 2 en volg. 126;

en op,

ver

lijke),

r vrouwen, z

eloovigen te beoo

t alleen door engelen a

den,

, XXIV; 57–59,

gezicht, II, 136;

enst zedelijke pl

ing, II, 173; V,

raaiing

XLVI,

Salomo onderworp

aangezichten,

, II, 276–2

r, II

er Thamoedie

apostelen ger

harten genom

II, 216;

daarvan,

n om vuur te verkr

ng van een ei

en worden vastgeb

,

s sommigen Je

id, aldaar. Zie

verklaarder, z

XVIII,

og en

aam van Medina,

not; III

XXVI, bl

VII, bl.

Adam uit het paradijs m

, 32; VI, 85;

arias kame

dom, I

od alleen bewus

60–64; XLIV, 43

orts Al

oote koude,

zie Voor

zie

XXV, 55; XXVII, 62

n Griekenland

profeten,

zoon van Mahome

ha, Ze?ds v

De) verbode

Apostel,

ngen, V

lijkbaar lic

, gember,

pers, XVIII, 8

s, zie

XXXI

hte des do

e D

aars in kroppen v

om hen de Moslems wilden worden, van hu

s, zie S

tiphars vrou

nder, waar zij in den loop va

en III

e A

an hen, L

20, 152; XIV,

vergefelijk

ven, I

jden,

k van Gods na

, zie

e), LXIX, 11

Dhafar,

n aan de vrouw, van wel

, zie Rei

inderlooze; bestemming va

, zie

der aard

rgiffenis worden g

Arabieren teeken van

oefd is, LX,

Download App
icon APP STORE
icon GOOGLE PLAY