rs. Zij bleven ook den geheelen winter in Rome, zij hadden er kennissen, en gingen er uit. Het gesprek vlotte, en mevrouw vroeg Cornélie te komen praten in haar zitkamer. Den v
aten en zij bekende het ronduit. In een paar dagen was zij intiem met mevrouw Van der Staal en de twee meisjes, en den eersten avond, dat de jong
Cornélie in een gemakkelijken stoel, bij het h
over hare scheiding, en nu spra
et is alles grauw en grijs om me heen. Dan de menschen van het pension. Iederen dag die zelfde gezichten. Ik zie ze, en ik zie ze toch niet. Ik zie ... mevrouw Von Rothkirch en haar dochter, dan de schoone Urania, Rudyard en het Engelsche dametje, miss Taylor, dat altijd zoo moê is van sight-seeing, en alles
op ... zei V
aan de menschen, die ik ontmoet.... Mevrouw Von Rothkirch weet ik nu, en Else weet ik. Zoo een rond, geestig gezicht met hooge wenkbrauwen, en altijd een geestigheid of een "pointe": soms vind ik dat
lachten mevrou
altijd zoo beleefd, hij heeft mij wijn gerecommand
udyard is? vroeg me
w Von Rothkirch
r op, lachte
holiek? vro
en.
ook niet? En de Von
en.
t. In ieder pension van Rome is een Jezu?et, die er gratis woont, als de eigenaar
wilde nie
en pension zooals dit, een pension van beteek
i...? vroe
trigante. Verleden winter zijn hi
r Ru
ster. Rudyard is hier van de
el eind opgeloopen, zei de jonge Van der Staal.
achterover i
emde oprechtheid, die in haar was. Ik zo? wel een
, nam afscheid, en ging naar bed, t